Olijfolie – Het naslagwerk

Het was per ongeluk dat mijn ogen vielen op de witte kaft met gouden opschrift van dit boek, op zoek naar een verjaardagscadeautje. Ik twijfelde nog even want het zat omhuld in plastic en ik kon dus enkel de achterflap lezen. Maar een boek over olijfolie, hier was ik reeds lang naar op zoek, dus meepakken maar!

Wilma Van Grinsven – Padberg heet de auteur en haar onderschrift luidt: ‘olijfoliesommelier’. ‘Kan je dit echt worden?’ gaat het door mijn hoofd, ‘En hoe dan?’ Ik hoef niet lang te wachten want het antwoord kan ik zo lezen in haar boek.

Ik hou van olijfbomen, van hun knoestige stammen in allerlei grillige vormen. Van het feit dat ze zo oud kunnen worden en dat ze dus verhalen van vroeger meedragen. Van andere levens en andere werelden. Zoals oude potscherven of tempels met witmarmeren zuilen. Ik hou van hun zilvergroene bladeren die het Mediterrane licht zo mooi weerkaatsen. Zoals Van Grinsven – Padberg ook in haar boek vertelt, speelde de olijfboom een rol in het mythologische verhaal waarin de godin Athena de strijd aangaat met de god Poseidon over de toekenning van de stad Athene. Atleten wreven zich voor een wedstrijd in met olijfolie en de overwinnaar kreeg een krans van olijventakken. In Knossos werden pithoi gevonden met sporen van olijfolie.

Ik hield niet echt van olijven, toen ik ze voor het eerst proefde. Maar nu wel. En dat er heel wat smaakvariaties bestaan in olijfolie dat begon ik na vele jaren proeven ook te ondervinden. In het boek maakt Van Grinsven – Padberg ons duidelijk welke soorten olijfolie er bestaan, welke variëteiten en hoe olijfolie precies wordt gemaakt. Meer nog, ze legt uit hoe een kwalitatieve olijfolie te onderscheiden van een met defects en hoe er wordt geproefd volgens de regels van de International Olive Councel tijdens wedstrijden.

Ze schuwt verder het feit niet dat er jammer genoeg ook fraude wordt gepleegd en toont ons waar we als klant kunnen op letten om toch een goede olijfolie te kopen. Het is ook erg interessant om weten dat er research wordt gedaan in laboratoria om de identiteit van een olijfolie vast te stellen via massaspectrometrie en licht-spectroscopie. Wist je dat er zelfs apparaatjes worden ontwikkeld die je olijfolie ‘scannen’ en je via je smartphone te weten komt over welk soort olijfolie het gaat? Spannend niet?

Dat olijfolie goed is voor de gezondheid dat wisten we natuurlijk al langer. Maar ik wil mij vooral aansluiten bij haar warme pleidooi om olijfolie de eer toe te kennen die ze verdient. Haar ultieme doel is dat olijfolie op de menukaart komt met vermelding van het oogstjaar, net zoals dat voor wijn gedaan wordt. Met haar masterclasses olijfolie die ze aan culinaire chefs geeft, zet ze hen alvast op weg.

Ik hou van olijfolie en nu nog meer. Met haar boek beantwoordde ze al heel wat van mijn vragen. Maar mijn nieuwsgierigheid is eigenlijk alleen maar groter geworden. Wil je deze zomer op een Grieks terras écht olijfolie leren proeven, wel neem dit mooi vormgegeven boekje maar mee. Ik durf erom wedden dat olijfolie nooit meer hetzelfde smaakt!

Groeten uit Griekenland

Al jaren lees ik de blog van Bruno Tersago, ‘Reilen en zeilen in Griekenland’. Toen ik hoorde dat er ook een boek kwam, snelde ik dus naar de winkel. Ik was benieuwd naar het verhaal en het inzicht van iemand die er woont en de dagelijkse Griekse realiteit meemaakt.

De postkaart die hij ons stuurt uit het land van zon en zee, is er een die nu eens verontwaardiging oproept, dan weer woede of verdriet. Om de zoveel pagina’s schiet de vraag door mijn hoofd: ‘Hoe kan dit? Hoe is dit mogelijk?’.

Bruno opent het boek met een warm welkom, een zoals je er in Griekenland zou krijgen. Kom binnen, neem plaats bij ons aan tafel, eet iets, drink iets en hij stelt zijn gasten voor. We krijgen hun naam te horen, we weten hoe ze er min of meer uitzien. Maar vooral, we krijgen hun verhaal te horen, de woorden uit hun mond. Schrijnende verhalen die je vaak kippenvel geven.

Nee, Bruno belooft ons geen politieke of economische analyses, laat het duidelijk zijn. In de plaats daarvan laat hij de wereld zien zoals die zich in de straat afspeelt met als doel dat wij overige Europeanen niet enkel cijfers zien, maar in de eerste plaats mensen, levens en dat we op die manier begrip krijgen.

Iedereen komt aan het woord, zij die getroffen zijn, de oligarchen die als de vroegere clans in de Mani-torens hun macht uitspelen – opnieuw de vraag: ‘Hoe is dit mogelijk? Het lijken wel de Middeleeuwen!’ – de afgevaardigden van de Europese Commissie, de Europese Centrale Bank en het IMF, de politieke partijen die verandering beloven terwijl ze enkel kunnen vuren met de kogels die hen zijn toebedeeld.

Ceci n’ est pas l’ Europe. Mijn begrip is verder gegroeid, mijn onbegrip echter misschien nog meer.